De drive
De volmaakt uitgevoerde drive is de slag die zowel de batsman als de toeschouwer de meeste voldoening schenkt. Deze slag bestaat uit een vrijwel volledige zwaaibeweging van het bat waarbij de bal geslagen wordt onmiddellijk nadat hij de pitch heeft geraakt.
De drive kan op twee manieren gemaakt warden. Als de bal goed diep wordt aangegooid, stapt de batsman met zijn linkervoet uit en blijft hij met zijn rechtervoet binnen de crease staan. Als de bal echter kort wordt’ aangegooid kan de batsman op de bal inlopen en hem met een halfvolley slaan.
Het bepalen en inzetten van de slagbeweging, waarover we al eerder in dit boek hebben gesproken, speelt een belangrijke rol bij de uitvoering van de slag. De batsman moet de gedachte aan de mogelijkheid om gestumpt te worden uit zijn hoofd zetten omdat elke vorm van aarzeling waarschijnlijk tot gevolg zal hebben dat hij niet op het juiste moment bij de bal is.
De manier waarop de eerste vorm van de drive wordt uitgevoerd waarbij de rechtervoet op de grond blijft staan – verschilt in diverse opzichten van de gewone forward slag. Het bat wordt veel hoger naar achteren gebracht, de handgreep wordt met beide handen stevig vastgehouden en door de polsen te draaien wijst het uiteinde van het bat wanneer het op het hoogste punt is in de richting van de point. De voorwaartse beweging van de linkervoet is korter, het lichaam blijft rechtop en het linkerbeen wordt niet gebogen. De richting waarin het bat wordt voortbewogen moet gelijk zijn aan die, waarin de bal wordt geslagen en het bat moet nadat de bal is geslagen in dezelfde richting ver worden doorgewaaid om zoveel mogelijk kracht achter de slag te zetten. Het lichaam moet de slagbeweging volgen, waarbij de linkerschouder en de heup echter niet worden bewogen (in tegenstelling tot bijvoorbeeld de zwaaibeweging van een golfspeler). De rechterschouder volgt de beweging van het bat zodat de borst van de batsman zich aan het eind van de slagbeweging in het verlengde van de bowler bevindt.
Het inlopen om een drive te maken houdt in dat de batsman met zijn linkervoet een grote stap naar voren zet, waarbij zijn rechtervoet achter de linkerhiel aansluit zodat benen min of meer gekruist zijn. Het gewicht wordt overgebracht op de rechtervoet, waarna de gewone drive wordt gemaakt. Wanneer de batsman echter beseft dat hij de bal niet met een halfvolley kan slaan, moet hij van de drive afzien en een gewone forward slag maken. Doet hij dit niet, dan zal hij de bal omhoog lepelen wanneer deze waarschijnlijk gevangen zal warden.